1. Rentevisie

Voor het jaar 2017 is een inschatting van de renteontwikkeling gemaakt. Deze inschatting is gemaakt op basis van de stand van zaken per september 2016. Als informatiebronnen zijn gebruikt de financieel economische berichtgevingen uit het ‘Financieele Dagblad’, het wekelijkse economische beeld van de huisbankier de Bank Nederlandse Gemeenten en de rentevisies van de overige toonaangevende Nederlandse banken.

Voor de korte rente is als meetpunt de driemaands Euribor aangehouden. Voor de lange rente geldt de tienjaars Staat als uitgangspunt. De verwachting is dat de driemaandse Euribor eind 2017 op een niveau van -/- 0,400% zal staan. Op dit moment (medio september 2016) beweegt deze rente zich op een niveau van -/- 0,303%. De lange rente wordt eind 2017 ingeschat op een niveau van 1,05%. Op dit moment bedraagt de tienjaars rente 0,091%.

2. Kasgeldlimiet

De kasgeldlimiet geeft de maximale toegestane omvang van de kortlopende schuld aan. Als "kort" wordt aangemerkt een termijn van maximaal één jaar. Over "kort" geld wordt in de huidige geldmarktsituatie een lagere rentevergoeding betaald dan over "lang" geld. De kasgeldlimiet is bedoeld om de gemeente te behoeden voor het risico, dat de rentelasten opeens fors stijgen, omdat de rente voor "kort" geld sterk kan fluctueren. Door tijdig de "kort" geld-positie te consolideren in "lang" geld ontstaat er meer zekerheid over de op langere termijn te betalen rente.
Hierna is een overzicht opgenomen met het geraamde verloop van de kasgeldlimiet voor 2017.

Naar verwachting wordt de kasgeldlimiet in 2017 niet overschreden.
In oktober 2016 vervalt een termijn van een opgenomen lening ter grootte € 13.000.000 (inclusief rente) en een kasgeldlening van € 3.000.000. Om aan de kasgeldlimiet te voldoen wordt een deel van de liquiditeitsbehoefte afgedekt met een langlopende lening.

3. Renterisiconorm

De renterisiconorm heeft als doel om het renterisico bij herfinanciering te beheersen. De renterisiconorm houdt in dat de jaarlijkse verplichte aflossingen en renteherzieningen niet meer mogen bedragen dan 20% van het begrotingstotaal met een minimum van € 2.500.000. Bedoeling van de normering is om de gemeente tot een zodanige opbouw van de leningportefeuille te komen, dat het renterisico uit hoofde van renteaanpassingen en herfinanciering van leningen in voldoende mate wordt beperkt.
Kortom, het komen tot een spreiding in de leningenportefeuille op een manier dat herfinanciering (tegen een hoger rentepercentage) niet leidt tot grote renteveranderingen (= renterisico).
Hiermee wordt een kader geboden bij de beoordeling van het financieringsbeleid.
Om de ruimte ten opzichte van de renterisiconorm in beeld te brengen wordt een berekening conform een standaardmodel opgesteld. Een overzicht van de berekening van de renterisiconorm van 2017 en opvolgende jaren is hieronder weergegeven:

Uit het overzicht kan geconcludeerd worden dat de gemeente in 2017, 2018 en 2020 beneden het renterisicobedrag blijft en daarmee voldoet aan de eisen die de wet Fido daar aan stelt. De leningenportefeuille is evenwichtig samengesteld zodat het renterisico in voldoende mate wordt beperkt .In 2019 zitten we iets boven het risicobedrag.

Ontwikkelingen debiteurenbeheer
Door het economisch herstel is de betalingsmoraal in grote lijnen verbeterd. Dit betekent echter niet dat groepen inwoners binnen de gemeente met veel pijn en moeite hun verplichtingen richting de gemeente kunnen voldoen. Dit wordt voornamelijk geconstateerd bij de heffing van de leges voor verlenging van de grafrechten, waar vooral ouderen de nodige problemen ondervinden het gehele bedrag in een korte tijd te voldoen.

In onderstaand overzicht wordt een beeld gegeven van het verloop van de vaste leningportefeuille voor het jaar 2017:

Rentetoerekening
Met ingang van het begrotingsjaar 2017 schrijft het BBV voor dat gemeenten inzicht geven in de rentelasten, de aan de taakvelden toegerekende rente en het renteresultaat. In onderstaand overzicht wordt dit inzicht gegeven:

Koersrisico's bij beleggingen in aandelen worden beperkt door de bepalingen van de wet Fido, die uitzettingen in de vorm van aandelen, anders dan het deelnemen in ondernemingen uit hoofde van de publieke taak, niet toestaan. In het overzicht staat vermeld waar de gemeente in 2017 in deelneemt:

Een rating is te beschouwen als een kwaliteitskeurmerk. Ratings worden uitgedrukt in een combinatie van letters en cijfers. Een Triple A-rating is de hoogst mogelijke rating. Hoe hoger de rating, hoe lager het kredietrisico voor een belegger en vice versa. Deelnemingen zijn tegen boekwaarde/aanschafwaarde verantwoord en als zodanig in deze financieringsparagraaf opgenomen. Het tegen boekwaarde verantwoorden is in overeenstemming met de geldende voorschriften.

Bovenstaande leningen zijn door de gemeente verstrekt in het kader van de uitoefening van de publieke taak. De twee leningen aan Stichting Kinderopvang Geldermalsen worden in 2016 en 2017 vervroegd afgelost. De lening van de Antoniusschool wordt in 2017 in zijn geheel afgelost volgens het geldend schema.
De rente van de lening aan Vitens is variabel. Als rentepercentage wordt gehanteerd het gemiddelde rentepercentage van de 10-jaars staatsleningen over de vijf voorafgaande kalenderjaren.

In het verleden zijn er garantstellingen afgegeven voor leningen aan derden. Het betreft hier met name garantstellingen die onder de garantie van de Wet Sociale Woningbouw vallen op basis van een zogenoemde achtervang-overeenkomst.

Het contract met de huisbankier BNG Bank wordt periodiek tegen het licht gehouden, waarbij de nadruk ligt op inhoudelijke bepalingen en concurrerende condities. Hierbij moet worden opgemerkt dat de BNG Bank een unieke plaats inneemt ten opzichte van andere, commerciële banken, omdat voor het ontvangen van rijksuitkeringen een lopende rekening bij deze bank nodig is.
Op dit moment worden de faciliteiten als toereikend beschouwd en de condities marktconform.